Aangezichts-verlamming

Beide kanten van het gezicht hebben een aangezichtszenuw (nervus facialis). Deze zenuw stuurt de spieren in het gezicht aan. Daardoor kan het gezicht bewegen en ontstaat een bepaalde gezichtsuitdrukking (expressie, mimiek). Ook zorgt deze zenuw ervoor dat u de mond kunt bewegen om te eten, drinken en praten. De aangezichtszenuw is erg kwetsbaar. Als deze beschadigt, kan er sprake zijn van aangezichtsverlamming.

Symptomen

Bij een aangezichtsverlamming werken de spieren in het gezicht minder goed of helemaal niet meer. Aangezichtsverlamming is op meerdere manieren te herkennen:  

  • Het gezicht kan scheef staan;
  • De mondhoek hangt lager;
  • De plooi tussen neus en mondhoek verdwijnt;
  • Het oog is wijder dan de gezonde kant van het gezicht;
  • U kunt het oog niet of niet helemaal sluiten (er is dan oogwit te zien);
  • Het oog traant;
  • De wang is slap;
  • De smaak verandert.

Doordat de mond deels omlaag hangt, kan praten, slikken en speekselcontrole moeilijk zijn. 

Een verlamming kan volledig of gedeeltelijk zijn. Bij een gedeeltelijke verlamming kunnen de aangezichtsspieren nog een beetje bewegen.

 

Meer informatie over een aangezichtsverlamming, hoe logopedie kan helpen en wat u zelf kunt doen, leest u op:

logopedie.nl(https://www.logopedie.nl/kennis/aangezichtsverlamming/)


Deze informatie is gebaseerd op de informatie op logopedie.nl.