Tetanusinjectie na een ongeval

Heeft u verwondingen en komt er straatvuil in de wond terecht? Dan kunt u een ontsteking (infectie) krijgen. Het maakt daarbij niet uit hoe u de verwondingen opgelopen heeft. Of hoe ernstig de verwondingen zijn. 

Een van de gevaarlijkste veroorzakers van zo'n ontsteking is de tetanusbacterie. Deze bacterie komt vooral voor in aarde, straatvuil en uitwerpselen van plantenetende dieren. Een besmetting met deze bacterie kan verlamming met krampen veroorzaken. Een tetanus-injectie kan dit voorkomen.

Wordt een tetanusbesmetting niet behandeld, dan kan iemand overlijden door verlamming van de ademhalingsspieren.

Behandeling

In Nederland worden kinderen gevaccineerd om tetanus te voorkomen. Dat gebeurt via de DTP en DKTP - vaccinatie (difterie, kinkhoest, tetanus en polio). Deze vaccinaties beschermen niet voor altijd tegen tetanus. Daarom is het verstandig om de tetanusvaccinatie te blijven herhalen. 

Is iemand niet (meer) beschermd tegen tetanus, dan kan vlak na een besmetting alsnog een tetanusinjectie gegeven worden. Deze geeft meteen bescherming.

Na de behandeling

Herhaalinjectie na 6 maanden

Heeft u een als gevolg van een verwonding een tetanusinjectie gehad en bent u nooit eerder tegen tetanus gevaccineerd? Dan krijgt u na 1 maand en vervolgens na 6 maanden nog een injectie.

Herhaalinjectie bij een hoger risico op tetanus

Sommige mensen lopen hoger risico om tetanus te krijgen. Bijvoorbeeld veldsporters of mensen die veel in de tuin werken. Dan is het extra belangrijk om altijd beschermd te zijn tegen tetanus. Dat kan door elke 10 jaar een herhaalinjectie te halen.