Het kan voorkomen dat er onderzoeken gedaan moeten worden om te bepalen wat er aan de hand is of hoe u geholpen kan worden. Onderstaande onderzoeken zijn voorbeelden van wat er gedaan kan worden. Heeft u hier vragen over? Stel deze aan de polikliniekassistent of uw arts.
Soorten onderzoeken
Laboratorium- of bloedonderzoek
Naast het verhaal over uw klachten en een lichamelijk onderzoek, wordt vaak ook bloed afgenomen. Hierin kan worden gezocht naar specifieke stoffen waardoor een diagnose kan worden gesteld. Of juist het omgekeerde, bepaalde ziektes kunnen met zekerheid worden uitgesloten. Vaak kan er direct na uw bezoek aan de specialist bloed afgenomen worden. Soms vraagt uw huisarts vooraf al een aantal bloedonderzoeken aan.
Gewrichtspunctie
Bij een gewrichtspunctie haalt de arts met een naald wat vocht uit het ontstoken gewricht. In dit vocht kunnen bijvoorbeeld bacteriën, urinezuur- of kalkkristallen worden aangetoond. Ook kan er een medicijn in het gewricht achter gelaten worden.
Er is geen speciale voorbereiding nodig voor dit onderzoek. De huid wordt eerst ontsmet. Er wordt in het gewricht geprikt met een steriele naald. Via de spuit die aan de naald vastzit, kan wat vocht worden opgezogen en een medicijn in het gewricht worden achter gelaten.
Beeldvormende onderzoeken
Een röntgenfoto, een echografisch onderzoek of een MRI-scan kunnen soms aanvullend nodig zijn om bijvoorbeeld uw gewrichten goed te bestuderen. Op de pagina van onze afdeling Radiologie(https://ziekenhuisrivierenland.nl/afdelingen/radiologie/) vindt u uitgebreide informatie over deze onderzoeken.