Netvliesonderzoek te vroeg geboren baby

Het netvlies is een onderdeel van het oog dat heel belangrijk is voor het zien. De bloedvaten in het netvlies zijn pas in de laatste weken van de zwangerschap af. Bij een te vroeg geboren baby moeten deze bloedvaten in de eerste levensmaanden dus nog verder groeien. Door veel oorzaken kan de normale groei van deze bloedvaten niet goed gaan. Er is dan sprake van prematurenretinopathie, ook wel ROP genoemd. De baby krijgt dan een onderzoek. Het onderzoek wordt een ROP-screening genoemd.

Bij een klein aantal kinderen met ROP ontstaat een ernstige vorm die behandeld moet worden. We proberen er zo voor te zorgen dat het kindje niet blind of slechtziend wordt. Om die behandeling op tijd te uit te voeren is het belangrijk dat we ROP zo vroeg mogelijk vaststellen. Dit gebeurt met de ROP-screening.

Als de bloedvaten in het netvlies nog niet goed gegroeid zijn, krijgt het netvliesdeel zonder bloedvaten misschien te weinig zuurstof. Het netvlies probeert dit op te lossen door stofjes te maken waardoor er bloedvaten gaan groeien. Als er te veel van deze stofjes zijn, kunnen er te veel bloedvaten ontstaan. Deze bloedvaten zijn van slechte kwaliteit en kunnen gaan lekken. In het ergste geval kan het netvlies loslaten. 

ROP wordt ingedeeld in zones en fasen. De kinderarts kan u hier meer over vertellen.

Een ROP-screening wordt gedaan bij:

1. Baby’s die bij hun geboorte minder dan 1250 gram wegen en/of geboren zijn na een zwangerschap korter dan 30 weken.
2. Baby’s die bij hun geboorte tussen de 1250 gram en 1500 gram wegen en/of geboren zijn na een zwangerschapsduur tussen de 30 en 32 weken die 1 van de volgende behandelingen/aandoeningen hebben gehad: 

• • beademing;
  • sepsis, een ernstige reactie op een bacterie, virus, parasiet of schimmel;
  • necrotiserende enterocolitis (NEC), een ernstige darmontsteking waarbij delen van de darm kunnen afsterven;
  • behandeling met bepaalde medicijnen (cardiotonica) vanwege lage bloeddruk;
  • behandeling met corticosteroïden na de geboorte.

Oogspiegelonderzoek

Het onderzoek is op de polikliniek Oogheelkunde.

Als de baby 5 weken oud is krijgt het een eerste onderzoek. Maar dit gebeurt niet voor week 31 van de oorspronkelijke zwangerschapsduur.

Soms moet het onderzoek nog een keer. Dit hangt af van de resultaten van het onderzoek en de leeftijd van de baby.

De kinderverpleegkundige geef de baby oogdruppels. Deze oogdruppels zorgen ervoor dat de pupillen wijd worden. Hierdoor is het netvlies goed te zien. 

Nadat de druppels goed zijn ingewerkt, kijkt de oogarts. De kinderverpleegkundige assisteert tijdens het onderzoek en zorgt voor een comfortabele en goede positie van de baby. 

Om het oog goed open te houden tijdens het onderzoek, wordt een spreidertje tussen de oogleden geplaatst. De baby heeft geen last van het spreidertje door verdovende oogdruppels. 

De oogarts onderzoekt het oog met een lampje en een loep. 

Het onderzoek duurt ongeveer 10 minuten.

Als een baby ROP heeft, zijn er 2 mogelijkheden: 

1. De ROP verdwijnt vanzelf. De bloedvaten groeien alsnog op een normale wijze door. Gelukkig gebeurt dit bij de meeste kinderen. 
2. De ROP gaat steeds een fase verder.

Bij een klein aantal kinderen is een behandeling nodig. Het deel van het netvlies met zuurstoftekort wordt dan uitgeschakeld met een laserbehandeling. Het maken van de stofjes die de bloedvaten laten groeien wordt dan minder.

Soms lukt dit niet helemaal. Dat kan betekenen dat er nog een behandeling nodig is. Heel soms wordt een baby toch blind of slechtziend.

Een laserbehandeling wordt uitgevoerd in een gespecialiseerd centrum. Het kan dus zijn dat de baby tijdelijk naar een ander ziekenhuis moet.

Wij laten het weten als er voor uw baby een afspraak voor een ROP-screening is ingepland. U hoort op welke dag of dagdeel de screening plaats vindt. Het is voor uw baby prettig als u erbij bent.

Is uw baby al thuis en is er een ROP-screening nodig? Dan maken we daar een afspraak voor.