Blaasfunctiemeting

Urodynamisch onderzoek

Een blaasfunctiemeting is een inwendig onderzoek om te kijken waar uw plasklachten vandaan komen. Misschien kunt u moeilijk plassen of verliest u ongewild urine. Nadat uw blaasfunctie is gemeten, kan de uroloog u een gerichte behandeling geven. Een verpleegkundige doet de meting.

Voorbereiding

Medicijnen

  • U stopt met de medicijnen die voor de blaas zijn voorgeschreven, behalve als het anders staat vermeld.
  • Antibiotica en andere medicijnen kunt u gewoon blijven gebruiken.

Toilet

  • U komt met een volle blaas naar het ziekenhuis. Behalve als u een katheter heeft of als u ernstig urineverlies heeft.
  • Het is belangrijk dat u de ochtend van het onderzoek heeft gepoept. Gebruik hiervoor eventueel de dulcolax zetpil (bisocadyl).

Kleding

  • Draag kleding die u gemakkelijk aan en uit kunt trekken.

Het onderzoek

Het onderzoek duurt ongeveer 45 minuten.

Wat wordt er gemeten?

  • de blaasinhoud
  • de blaasdruk
  • de afsluiting van de blaas
  • eventueel urineverlies
  • de snelheid waarmee de urine uitstroomt
  • de spanning in de bekkenbodemspieren

Vóór het onderzoek

  • U ligt met opgetrokken en gespreide benen op de onderzoekstafel.
  • Uw vagina/penis wordt schoongemaakt.
  • De verpleegkundige brengt een dun slangetje (katheter) via de plasbuis in de blaas.
  • Het restje urine dat nog in de blaas aanwezig is, wordt gemeten via de katheter.
  • Hierna krijgt u een dun drukkathetertje in de blaas. Hiermee wordt de druk in uw blaas en plasbuis gemeten.
  • U krijgt een klein slangetje via de anus in de endeldarm ingebracht. Hiermee wordt de druk in de buik gemeten. Het inbrengen van de slangetjes kan onaangenaam voelen, maar is niet pijnlijk.
  • Om te zorgen dat de slangetjes op hun plaats blijven, worden ze op uw huid vastgeplakt met pleisters.
  • Op uw billen krijgt u elektrodenplakkers. Met de plakkers wordt de activiteit van de bekkenbodemspieren gemeten.

Het onderzoek zelf

Tijdens het onderzoek zit u. 

  • Via het slangetje in de blaas wordt uw blaas gevuld met steriel water.
  • Tijdens het vullen wordt de druk in uw blaas gemeten. Met de drukkatheter in de endeldarm wordt de druk in uw buik gemeten.
  • Zodra u de eerste aandrang voelt om te plassen, moet u dit aangeven.
  • Tijdens het onderzoek moet u een paar keer hoesten of persen. Vooral als u last heeft van ongewild urineverlies (incontinentie).
  • Uw blaas wordt verder gevuld, totdat u aangeeft dat u uw plas niet meer kunt ophouden. Dan wordt het vullen gestopt.
  • U moet uitplassen langs het slangetje in de blaas, als de verpleegkundige hierom vraagt.
  • De slangetjes en plakkers worden weggehaald als het onderzoek is afgelopen.

Na het onderzoek

Na het onderzoek moet u extra veel drinken.

De uitslag

De uroloog bespreekt met u de uitslag van het onderzoek. U krijgt u hiervoor een afspraak. 

Risico's en complicaties

  • U kunt op de dag van het onderzoek een pijnlijk en branderig gevoel hebben tijdens en na het plassen.
  • U kunt het gevoel hebben dat u constant moet plassen. Dit komt omdat uw plasbuis geïrriteerd is door de slangetjes. Het is mogelijk dat u deze klachten een paar dagen blijft houden. U hoeft zich hier geen zorgen over te maken.
  • Soms verliest u bloed via de plasbuis of krijgt u een urineweginfectie. Ook als u al antibiotica gebruikte.