Bij dit dieet vermijdt u harde, moeilijk verteerbare voedingsvezels, vellen, pitten en andere draderige producten, die kunnen leiden tot voedselresten in de darm. Die achterblijvende voedselresten noemen we residu.
Waarom een residubeperkt dieet
Een residubeperkt dieet kan nodig zijn:
- bij een vernauwing in de darm, om te voorkomen dat de achterblijvende voedselresten de darm verstoppen.
- bij ernstig ontstoken uitstulpingen in de darmwand (divertikels), om de darm rust te geven.
Het dieet is meestal tijdelijk. Overleg met uw arts wanneer u met het dieet kunt stoppen.
Voedingsadvies
- Eet rustig en kauw goed. En blijf wat langer aan tafel, zodat het voedsel in alle rust kan verteren.
- Verdeel de maaltijden goed over de dag. Neem eventueel naast de 3 hoofdmaaltijden ook iets tussendoor.
- Drink voldoende, minimaal 1,5 tot 2 liter per dag.
- Drink ook tijdens de maaltijden. Blijf echter goed kauwen en spoel het voedsel niet weg.
Voeding
Volgt u een residubeperkt dieet, dan is het goed om te weten welke voeding wel of juist niet geschikt is om te eten.
Brood
Geschikt zijn:
- Alle broodsoorten zonder pitten, korrels en zaden
- Beschuit
- Matzes
- Cream crackers
- Knäckebröd zonder zaden/pitten
- Toast
- Ongevulde ontbijtkoek
Neem géén:
- Brood met korrels, pitten en zaden
- Roggebrood
- Knäckebröd met zaden/pitten
- Rozijnen of krenten
- Muesli
- Noten
- Zaden/pitten, bijvoorbeeld zonnebloempitten, pompoenpitten of sesamzaad
Boter
Geschikt zijn:
- alle soorten margarine, halvarine en roomboter
Beleg
Geschikt zijn:
- Kaas
- Komijnekaas
- Smeerkaas
- Buitenlandse kaassoorten
- Alle soorten vleeswaren
- Zoetigheid
Gebruik géén:
- Friese nagelkaas
- Notenpasta’s met stukjes noot, bijvoorbeeld pindakaas met stukjes noot
Pap
Geschikt zijn:
- Brinta
- Custard
- Griesmeel
- Havermout
- Rijstebloem
- Rijstekorrelpap
Gebruik géén:
- (karnemelkse) gortepap
- vulsel zoals abrikozen, dadels, krenten, rozijnen, muesli, noten, pruimen, tutti frutti en vijgen
Soep
Als vulsel kunt u de toegestane soorten vlees, vis, kip en de toegestane soorten groente gebruiken (zie onder vlees en groente).
Vlees
Geschikt zijn malse, goed gegaarde vleesproducten. Gebruik géén taai, draderig vlees.
Vlees kan taai zijn doordat het door de slager verkeerd is uitgesneden, door een te lange bereidingstijd of een verkeerde bereidingswijze. Als het vlees, ondanks goed kauwen, als een ‘bal’ in uw mond achterblijft, slik het dan niet door.
Vis, kip en wild
Geschikt zijn graatvrije vis en kip/wild zonder vel of botjes.
Jus en saus
Geschikt zijn alle soorten. Let op: gevulde sauzen kunnen producten bevatten die niet geschikt zijn. Deze kunt u eruit zeven, bijvoorbeeld gezeefde champignonsaus.
Groente
Groente bevat vaak veel vezels. Maak groenten daarom goed schoon en verwijder harde, vezelige delen. Snijd de de groenten fijn en kook ze gaar.
Geschikt zijn, vers, uit blik/pot of diepvries:
- Andijvie
- Avocado
- Bieten
- Bloemkool
- Boerenkool
- Broccoli
- Courgette
- Chinese kool
- Extra fijne doperwtjes
- Knolselderij
- Koolraap
- Koolrabi
- Paksoi
- Prei
- Paprika
- Postelein
- Raapstelen
- Rode kool
- Savooiekool
- Snijbonen
- Sperziebonen
- Peultjes zonder draad
- Spinazie
- Spitskool
- Spruiten
- Ontvelde tomaat
- Kleine jonge tuinbonen
- Ui
- Witlof
- Witte kool
- Worteltjes
Gebruik géén vezelige groentesoorten, zoals:
- Artisjokken
- Asperges
- Atjar
- Aubergine
- Bamboescheuten
- Bleekselderij
- Champignons
- Grote doperwten
- Maïs
- Rabarber
- Schorseneren
- Taugé
- Grote tuinbonen
- Venkel
- Zuurkool
Gebruik ook geen rauwe groenten, behalve fijn geraspte komkommer zonder schil en ontvelde tomaten.
Aardappelen en vervangers
Geschikt zijn:
- Gekookte of gebakken aardappels
- Aardappelpuree
- Frites
- Rijst
- Macaroni of spaghetti
- Mie of mihoen
Gebruik géén peulvruchten, zoals:
- Witte bonen
- Bruine bonen
- Kapucijners
U kunt peulvruchten wel als basis voor een peulvruchtensoep gebruiken. Pureer en zeef ze dan wel.
Fruit
Gebruik fruit:
- dat rijp en vers is
- dat geschild is
- waarvan u de pitten en vezelige delen verwijderd heeft
Geschikt zijn:
- Zacht fruit uit blik of pot
- Abrikozen
- Aardbeien
- Appel
- Banaan
- Frambozen
- Kersen
- Kiwi
- Mango
- Meloen
- Nectarine
- Peer
- Perzik
- Pruimen
- Gepelde druiven zonder pitjes
- Appelmoes
- Stoofperen
Gebruik géén:
- Ananas
- Bessen
- Bramen
- Citroen
- Druiven met vel en/ of pit
- Grapefruit
- Mandarijn en sinaasappel
- Granaatappelpitjes
- Gedroogd fruit zoals gedroogde abrikozen, dadels, krenten, rozijnen, pruimen, tutti frutti en vijgen
Let op: u mag citroen, grapefruit, mandarijn en sinaasappel nemen als het geperst en gezeefd is.
Melk en melkproducten
Alle soorten zijn geschikt. Let wel op bij toegevoegde fruitsoorten. Neem bijvoorbeeld bij vruchtenyoghurt of vruchtenkwark alleen producten met toegestane fruitsoorten.
Dranken
Alle soorten zijn geschikt. Let op: vruchtensappen van citrusvruchten bevatten veel vezels. Deze moet u er eerst uit zeven.
Tussendoortjes en snacks
Geschikt zijn:
- Droge biscuit
- Kaneelbiscuitjes
- Lange vingers
- Boterkoekjes
- Eierkoek
- Ongevulde cake, eventueel met slagroom en toegestaan fruit
- Vruchtenvlaai met toegestaan fruit
- Borstplaat
- Zuurtjes
- Pepermunt
- Vruchtenkoekjes
- Schuimpjes
- Chocolade zonder noten en/of rozijnen
- Chips
- Zoute koekjes
- Zoute stengels zonder zaden/pitten
Gebruik géén:
- Noten
- Pinda’s
- Drop
- Muesli
- Popcorn
- Kokosproducten