Oogspieroperatie - kinderen

Aan de buitenkant van het oog zitten 6 oogspieren vast die de oogbol heen en weer bewegen. Door verschillende oorzaken kan er scheelzien ontstaan. Er zijn verschillende vormen van scheelzien. Als er sprake is van scheelzien, dan kan een operatie aan de oogspieren de oogstand verbeteren. Bij een oogspieroperatie worden 1 of meer oogspieren verplaatst of ingekort. De operatie gebeurt onder algehele verdoving.

De redenen voor een operatie kunnen zijn: 

• Dubbelzien 
• De oogstand is vervelend om te zien 
• Klachten door een verminderde samenwerking tussen de ogen

• Ongeveer 1 tot 2 weken voor de operatie is er een controle afspraak met de orthoptist en de oogarts die gaat opereren. Tijdens deze afspraak worden de laatste metingen gedaan en uw vragen beantwoord.
• U krijgt van de orthoptist of oogarts een recept mee voor oogdruppels voor uw kind. Dit is om ontstekingen te voorkomen. 

Het druppelschema:

• Dag voor de operatie: 3 keer per dag 1 druppel in beide ogen
• Ochtend dag van de operatie: 1 druppel in beide ogen
• Eerste week na operatie: 3 keer per dag 1 druppel in geopereerde oog of ogen
• Tweede week na operatie: 2 keer per dag 1 druppel in geopereerde oog of ogen
• Derde week na operatie: 1 keer per dag 1 druppel in geopereerde oog of ogen

• Er wordt alleen aan de buitenkant van de oogbol geopereerd. 
• Het vlies op het oogwit wordt opengemaakt.
• De spieren worden verplaatst of ingekort. 
• Het vlies wordt daarna weer gehecht. 
• Uw kind krijgt zalf in de ogen. Hierdoor ziet het wazig en voelen de ogen plakkerig aan bij het wakker worden.

• Meestal kan uw kind een paar uur na de operatie naar huis.
• Uw kind kan na de operatie last hebben van rode en prikkende ogen.
• De hechtingen kunnen voor irritatie zorgen. De hechtingen lossen vanzelf op in de weken na de operatie.

Leefregels

• Thuis moet u het oog of de ogen druppelen. U doet dit volgens het schema dat onder het kopje Voorbereiding staat. 
• U kunt de ogen voorzichtig met water en een schone washand schoonmaken. Om moeite met bewegen van het oog te voorkomen, is het belangrijk om de ogen goed alle kanten op te bewegen.
• Tot 6 weken na de operatie mag uw kind niet in een zwembad of buitenwater zwemmen. 
• Tot 3 weken na de operatie mag uw kind niet in de zandbak of in een stoffige omgeving komen.

Controle

Binnen 1 week na de operatie is er een controle afspraak.

Na 2 tot 3 maanden kan het definitieve resultaat van de operatie beoordeeld worden.

• We doen een aantal precieze metingen. Toch kan het zijn dat de operatie te veel of te weinig effect heeft. 
• Het scheelzien kan terugkomen, waardoor een nieuwe operatie nodig kan zijn. 
• Een ernstige complicatie bij een oogspieroperatie is een ontsteking in het oog. Dit komt bijna nooit voor.

Neem in de volgende situatie contact op met de polikliniek Oogheelkunde:

Uw kind krijgt binnen 1 tot 2 dagen na de operatie koorts of steeds meer pijn aan de ogen. De ogen worden ook meer rood.