Plassen en poepen gaat bij kinderen niet altijd vanzelf. De kinderbekkenfysiotherapeut onderzoekt en behandelt klachten in en rond de buik en het bekken bij kinderen. Klachten kunnen zijn: buikpijn, poep of plas verliezen overdag en/of ’s nachts of plas of poep ophouden waardoor er een blaasontsteking of een verstopping ontstaat.
De behandeling
Tijdens een gesprek stellen we vragen aan ouders en kind. Vragen over het plassen, poepen, eten en drinken, maar ook over de ontwikkeling tot nu toe.
U mag ook plas- en poeplijsten invullen. Dat geeft veel informatie. Het kan duidelijk maken hoe het probleem ontstaan is en aangepakt kan worden.
Onderzoek
De bekkenbodemspieren moeten goed kunnen aanspannen en ontspannen, zodat het plassen en poepen goed gaan. De fysiotherapeut doet een onderzoek naar de oorzaak van de klachten. Het onderzoek geeft informatie over:
- hoe het kind zich beweegt;
- hoe stevig de romp is;
- de spieren die nodig zijn voor bewegen en ophouden van plas of poep.
Therapie
De therapie hangt af van de oorzaak van de klachten. Uw kind zal ook moeten oefenen wat in de therapie is geleerd. Dat moet thuis, op school, op de club of daar waar het nodig is. Uw kind moet het echt zelf willen. Dat vraagt ook aandacht en begeleiding van u.
Mogelijkheden voor therapie zijn:
- U krijgt uitleg en informatie over het probleem van uw kind met onder andere plaatjes en voorlichtingsmateriaal.
- Leren van juiste toiletgedrag en toilethouding.
- Adviezen over drinken en eten.
- Oefentherapie gericht op:
- lichaamsgevoel, verbeteren van de stevigheid van de romp;
- aanspannen en ontspannen van bekkenbodemspieren;
- ontspannen ademhaling;
- beter voelen en bewust gebruiken van de bekkenbodemspieren;
- goed leren reageren op aandrang;
- groter maken van de hoeveelheid die in de blaas kan;
- verbeteren van plastechniek en poeptechniek;
- begeleiden van bedplastraining of plaswekkertraining.
Goed om te weten
Vanuit de basisverzekering worden 18 behandelingen kinderbekkenfysiotherapie vergoed. Lees in de polisvoorwaarden van uw zorgverzekering of u aanvullend bent verzekerd voor meer behandelingen.
Uitleg voor kinderen
Gaan poepen en plassen niet altijd makkelijk?
Iedereen heeft eten en drinken nodig. Je lijf heeft niet alles wat je eet en drinkt nodig. Wat niet nodig is komt naar buiten als plas en poep.
Plassen en poepen doen we allemaal. Het is heel normaal en fijn als het goed gaat. Soms gaat het minder goed.
Misschien heb je vaak last van:
- plasongelukjes;
- heel vaak of juist heel weinig plassen;
- pijn bij het plassen;
- een nat bed;
- poepongelukjes, zoals vegen in de broek, heel dikke poep of juist dunne poep;
- op de wc ineens niet goed kunnen plassen of poepen;
- buikpijn.
Het kan zijn dat je alleen een probleem hebt met plassen of alleen met poepen. Het kan ook met allebei zijn. Dan kan een beetje hulp handig zijn. Een fysiotherapeut kan je dan helpen.
Naar de kinderbekkenfysiotherapeut
Je mag tegen de fysiotherapeut vertellen wat je probleem is.
Je krijgt een dagboek. Daarin mag je alles wat je eet en drinkt opschrijven. Je vult ook in wanneer je poept en plast. We noemen dat een ontlastingdagboek. Ontlasting is een ander woord voor poep.
Je ouders vertellen hoe het ging met plassen en poepen toen je nog een baby was.
Daarna onderzoekt de fysiotherapeut hoe je beweegt. Je mag laten zien hoe jij je spieren gebruikt voor lopen, rennen, springen en stilstaan op 1 been.
Soms is het nodig om de sluitspier van de blaas en de darm te onderzoeken. In de blaas zit je plas en in je darmen de poep. De sluitspier moet ervoor zorgen dat alles netjes binnenblijft als je niet op de wc zit.
Oefeningen
Als de fysiotherapeut precies weet wat er aan de hand is, gaan we aan de slag met oefeningen. Er zijn verschillende manieren om de bekkenbodemspieren te oefenen.
De bekkenbodemspieren zorgen ervoor dat je plas en poep kunt tegenhouden. Maar die spieren moeten natuurlijk wel opengaan als je moet plassen of poepen. Als dat niet of moeilijk gaat kun je last krijgen van blaasontsteking of verstopping.
Je gaat leren hoe jij de baas kunt zijn over de bekkenbodemspieren. Je leert:
- hoe de plas-en de poepfabriek in jouw buik werkt;
- wat de seintjes uit je buik, blaas en poepgaatje zijn. Die seintjes heten aandrang;
- wat je moet doen als je aandrang hebt;
- hoe je goed op de wc gaat zitten;
- hoe je het beste kunt gaan plassen of poepen;
- hoe vaak je moet plassen of poepen;
- wanneer en hoeveel je op een dag moet drinken;
- wanneer en wat je het beste kunt eten;
- dat bewegen goed is voor je hele lichaam, dus ook voor je darmen.
Oefenen
We oefenen alles op een leuke manier. Dat oefenen moet je overal doen, thuis, op school, op vakantie of waar je ook maar bent.
En vergeet niet: je bent echt niet de enige. Grote mensen kunnen ook heel vaak niet lekker plassen of poepen. En die willen net zo graag van de klachten af als jij.