Keelamandelen zijn een soort lymfeklieren achter in de keel. Deze klieren beschermen tegen bacteriën en virussen. Soms gaan de amandelen ontsteken en worden rood en dik. Vaak zijn er dan ook klieren in de hals voelbaar. De amandelen zijn dan niet meer nuttig. Dan kan besloten worden de amandelen te verwijderen. Dit gebeurt via een operatie onder algehele verdoving. De patiënt kan dezelfde dag weer naar huis. Meestal wordt tegelijk met de keelamandelen ook de neusamandel verwijderd.
Voorbereiding
Besmetting voorkomen
Zorg ervoor dat uw kind 3 weken voor de operatie geen contact heeft met kinderen die een kinderziekte hebben. Dit kan bijvoorbeeld rodehond, waterpokken, mazelen of de bof zijn. Ook moet uw kind contact met familieleden en vriendjes van zieke kinderen ontwijken. Hierdoor is de kans kleiner dat uw kind ziek is op de dag van de behandeling.
Is er een kans dat uw kind een kinderziekte heeft? Neem dan contact op met de polikliniek om te bespreken of de operatie door kan gaan.
Heeft uw kind binnen 1 week voor de operatie koorts of last van hoesten? Neem dan contact op met de afdeling Opname(https://ziekenhuisrivierenland.nl/afdelingen/opname/). De operatie kan mogelijk niet doorgaan.
Medicijnen
Geef uw kind In de week voordat het naar het ziekenhuis moet bij pijn en/of koorts alleen medicijnen waar geen acetylsalicylzuur in zit. Dat zit bijvoorbeeld in Sinaspril en Aspirine. Hierdoor wordt de kans op nabloedingen kleiner. Bespreek het met de KNO-arts als uw kind andere medicijnen heeft waarover u twijfelt.
Wat neemt u mee
- Een extra pyjama;
- Extra ondergoed;
- Een knuffelbeest of iets anders wat uw kind graag meeneemt.
Temperatuur meten
Meet op de dag van de operatie de temperatuur van uw kind. Heeft uw kind koorts? Dan kan de operatie mogelijk niet doorgaan. Als uw kind een temperatuur van 38,5 graden of hoger heeft, bel dan de kinderafdeling.
De operatie
U kunt de hele dag bij uw kind blijven. Neem geen andere kinderen mee naar het ziekenhuis. Dit in verband met drukte en beperkte ruimte in de kamer van uw kind.
De operatie in stappen
- Voor de operatie krijgt uw kind medicijnen tegen de pijn, meestal paracetamol en diclofenac.
- U krijgt uitleg over de behandeling.
- U trekt uw kind een pyjama aan.
- Beide ouders mogen aanwezig zijn bij de opname. Er mag 1 ouder mee naar de operatieafdeling en daar blijven totdat uw kind slaapt.
Na de operatie
Na de operatie wordt uw kind naar de uitslaapkamer gebracht. 1 van de ouders mag bij het kind blijven.
Als uw kind wakker wordt, heeft het keelpijn. Bleek zien, bloed uit de mond en neus, misselijkheid en overgeven zijn normaal meteen na deze operatie.
Uw kind moet zo snel mogelijk beginnen met ijskoud drinken. Dit wordt volgens een schema gegeven.
Om 13.00 uur wordt de temperatuur van uw kind gemeten en krijgt uw kind een pijnstiller.
Om ongeveer 16.00 uur krijgt uw kind opnieuw een pijnstiller. Daarna gaat u verder met het schema dat u van de verpleegkundige krijgt.
Naar huis
De meeste kinderen mogen op de dag van de operatie weer naar huis. Tussen 15.00 en 18.00 uur bekijkt de KNO-arts of uw kind naar huis kan.
Krijgt uw kind klachten, zoals koorts, een nabloeding of niet willen drinken, dan kan het zijn dat uw kind in het ziekenhuis moet blijven.
Vervoer naar huis
Zorg dat uw kind met de auto naar huis gaat. Kom met 2 personen zodat ook iemand op uw kind kan letten in de auto.
Eten en drinken
De dag van de operatie mag uw kind alleen koud, vloeibaar drinken en eten. Bijvoorbeeld ijskoude aanmaaklimonade, water en waterijsjes.
Na 18.00 uur mag uw kind ook toetjes eten, bijvoorbeeld vla of Danoontje. Geen yoghurt, dit prikt in de keel. U kunt uw kind ook eventueel wit brood geven met zacht beleg.
Controle
De assistente van de polikliniek belt u na ongeveer 6 weken om te vragen hoe het gaat. U hoeft daarvoor niet naar de polikliniek te komen.
Leefregels voor thuis
- Geef uw kind pijnstillers op de afgesproken tijden. De verpleegkundige in het ziekenhuis heeft u hierover uitleg gegeven.
- Uw kind moet de eerste dagen veel drinken. Laat uw kind daarom de eerste nacht naast 1 van de ouders slapen.
- Op de ochtend na thuiskomst moet u de temperatuur van uw kind meten. Heeft uw kind een temperatuur boven de 38,5°C? Neem dan na 1 uur nog een keer de temperatuur op. Blijft de koorts hoog? Neem dan contact op met het ziekenhuis.
- Lichte temperatuurverhoging, oorpijn, een vieze geur uit de mond en witte vlekken in de keel komen de eerste week vaak voor. Hierover hoeft u zich geen zorgen te maken. Dit is normaal en verdwijnt na ongeveer een week.
- De poep van uw kind kan zwart zijn. U hoeft zich hierover geen zorgen te maken.
Eten en drinken
Een kind dat aan de keelamandelen geholpen is, mag nog niet direct alles eten.Laat uw kind in het begin regelmatig drinken. Het is niet erg als uw kind de eerste dagen niet veel eet, dat haalt het later wel weer in.
- Eerste avond: laat uw kind tot 23.00 uur elk half uur drinken.
- Tijdens de nacht moet uw kind om 02.00 uur en om 05.00 uur wakker gemaakt worden om te drinken.
- De dag na de operatie ook alleen koud en zacht eten en drinken.
- De tweede dag na de operatie kan uw kind lauw en zacht voedsel eten.
- Het eten mag 1 week na de operatie weer de normale temperatuur hebben.
- Geef in de eerste week nog geen vers fruit, beschuit, chips of snoep.
- Om te drinken kan uw kind een flesje, rietje, tuitje of fopspeentje gebruiken.
Douchen en tandenpoetsen
- Uw kind mag tandenpoetsen.
- Uw kind mag 3 dagen na de operatie weer douchen, maar niet te warm.
- De eerste 2 weken mag uw kind niet in bad.
Naar buiten, naar school en andere activiteiten
- Uw kind mag de eerste 2 dagen niet naar buiten.
- Uw kind mag 1 week na de operatie weer naar school.
- Zwemmen en andere sporten mogen 2 weken na de operatie weer. Soms geeft de arts een ander advies.
- Pas op als het heel warm weer is. Uw kind mag niet in de zon.
Invloed operatie op gedrag
De operatie is een heftige gebeurtenis voor uw kind. Het is belangrijk om er na afloop nog over te praten. Uw kind kan de ervaringen dan beter verwerken.
Uw kind kan wat uit het gewone doen zijn. Slecht slapen, vaak uit bed komen, in de broek poepen of plassen zijn normale reacties.
Uw kind kan zich anders naar u gedragen. Hij of zij wil u geen moment uit het oog verliezen of is boos op u. Dit zijn normale reacties. Geef uw kind hiervoor de ruimte. Probeer dit gedrag niet af te remmen. Wanneer dit gedrag niet verdwijnt, kunt u contact opnemen met de pedagogisch medewerker van de afdeling.
Wanneer contact opnemen
Neem meteen contact met ons op:
- als uw kind een nabloeding heeft. Er komt bijvoorbeeld helder rood bloed uit de mond of neus.
- als uw kind koorts heeft boven de 38,5°C.
Bel meteen het ziekenhuis en niet de huisartsenpost.
- Overdag de polikliniek: 0344 674058
- Buiten kantoortijden de receptie: 0344 674911 en dan vragen naar de spoedeisende hulp.