Infiltratie van het staartbeen (os coccygis)

Infiltratie van het staartbeen is het binnengaan met een naald met een pijnstillend en een ontstekingsremmend medicijn rond het gewricht van het staartbeen. 

Staartbeenpijn (coccygodynie) krijgt u door:

• een val op het stuitje
• na bepaalde sporten, zoals fietsen
• na een bevalling

Door de pijn rond uw staartbeen kan zitten op een harde ondergrond erg pijnlijk zijn. Ook fietsen is meestal niet mogelijk.

Medicijnen en bloedverdunners

• Gebruikt u bloedverdunners (antistollingsmedicatie)? Bespreek dit vooraf met uw medisch specialist. Het kan zijn dat u tijdelijk moet stoppen met uw bloedverdunners voor de behandeling.
• U kunt uw andere medicijnen gewoon innemen.

Overgevoelig of allergie

Bent u overgevoelig of allergisch voor bepaalde medicijnen, latex, jodium, pleisters, contrastvloeistof of verdoving? Geef dit voor de behandeling aan ons door.

Zwangerschap

Bent u zwanger? Overleg met uw behandelaar of de behandeling door kan gaan.

Verandering in uw gezondheid

Wanneer u ziek bent of koorts heeft op de dag van de behandeling, dan kan de behandeling niet doorgaan. U kunt een nieuwe afspraak maken.

Eten en drinken

U kunt gewoon eten en drinken voordat de behandeling begint. 

Vervoer

U mag na de behandeling 24 uur niet zelf deelnemen aan het verkeer. Regel daarom vooraf vervoer terug naar huis. 

U krijgt de behandeling op de polikliniek Pijnbestrijding en u wordt door de verpleegkundige naar de behandelruimte gebracht.

• U gaat op uw buik op de behandeltafel liggen.
• De pijnspecialist bepaalt de juiste plaats voor de injectie met een röntgenapparaat en ijzeren liniaal. De juiste plaats op de huid wordt gemarkeerd met een viltstift.
• De huid rondom de injectieplaats wordt ontsmet met een koude, doorzichtige vloeistof.
• De pijnspecialist legt steriele doeken rond de injectieplaats zodat er geen schadelijke bacteriën bij de plek kunnen.
• De pijnspecialist brengt de naald op de juiste plaats met behulp van een röntgentoestel en een beeldscherm.
• U krijgt een injectie met verdoving en met corticosteroïden 
  (pijnstiller en ontstekingsremmer).
• Het inspuiten van de medicijnen kan pijnlijk zijn. Dit is van korte duur.
• Na de behandeling kunt u zich weer aankleden.
• U gaat terug naar de rustruimte.
• Na een half uur komt de pijnspecialist bij u langs en vraagt of de pijn door de injectie minder is geworden.
• De verdoving kan enkele uren duren. Daarna komt de pijn weer terug. De corticosteroïden gaan na een paar dagen of weken werken.

Bijwerkingen

• Soms kan de zenuw geraakt worden. Hierdoor zal de pijn langer aanhouden. U kunt dan contact opnemen met uw pijnspecialist zodat u extra medicijnen krijgt.
• Een enkele keer kan een allergische reactie optreden. Bijvoorbeeld door de ingespoten contrastvloeistof.
• Vrouwen kunnen last krijgen van opvliegers en de menstruatie kan korte tijd onregelmatig worden.
• Heeft u diabetes? Uw bloedsuikerwaarden kunnen de eerste dagen verstoord zijn. Controleer uw bloedsuiker goed.

Wanneer kunt u minder pijn verwachten?

Na enkele dagen tot weken is duidelijk of de behandeling effect heeft gehad. Het is goed mogelijk dat u al eerder minder pijnklachten heeft. In een aantal gevallen is een vervolgbehandeling nodig. 

Vragen direct na de behandeling

• Heeft u de eerste 24 uur na de behandeling klachten of vragen? Neem dan contact op met de Spoedeisende Hulp 0344 67 42 54.
• Heeft u 24 uur na de behandeling klachten? Neem dan contact op met uw huisarts of de huisartsenpost.

Na de behandeling maakt de poli-assistente een vervolgafspraak voor u. Dit kan een afspraak op de poli zijn of een telefonisch consult. De afspraak vindt plaats zes weken na de behandeling. De pijnspecialist bespreekt dan het resultaat van de behandeling met u.