Een vroeggeboorte en opname van het kindje is een zeer ingrijpende gebeurtenis. Het kindje heeft de aanwezigheid en verzorging van de ouders nodig. Daarnaast hebben ouders vaak nog andere verantwoordelijkheden, thuis of op het werk. Voor de gezondheid en groei van het kindje en de ouders kan tijdens en na de opname niet-professionele hulp (van familie en of vrienden) een belangrijke steun zijn. De afdeling ondersteunt de ouders in de aanpak van deze 'derden in de zorg bij vroeggeboorte'.
De aanpak
De ouders kiezen samen maximaal 2 personen die kunnen ondersteunen in de zorg voor het kindje tijdens de opname.
Per uitgekozen 'derde' geven de ouders aan welke zorg deze persoon mag doen wanneer de ouders niet aanwezig zijn. Denk aan:
- Aanraken van het kindje.
- Mondverzorging geven.
- Verschonen en draaien van het kindje.
- De fles geven.
- Op schoot nemen.
- Kangoeroe Methode (huid op huidcontact oftewel buidelen) toepassen. Het advies is dat in de eerste twee weken na de geboorte, alleen ouders met hun kind buidelen. Dit bevordert de hechting van het kindje en de ouder, het kindje kan zich veilig voelen. Ook kan huid-op-huid contact een positief effect hebben op het verminderen van infecties, de groei, borstvoeding en het opbouwen van een gezonde bacteriegroei in de darmen.
De verpleegkundigen kunnen grenzen en advies geven wat voor het kindje het beste past. In de loop van de opname is er de mogelijkheid tot aanpassing van jullie wensen en/of de situatie van jullie kindje. Dit kan aangeven worden bij de verpleegkundige die voor jullie kindje zorgt.
LET OP: de derde mag niet participeren bij gezondheidsklachten, zoals koorts, diarree, koortslip, waterpokkencontacten een positieve BMRO.
De afspraken
Delen van informatie
- Voor de Nederlandse wet kunnen alleen ouders of voogd rechtmatige toestemming verlenen over afspraken rondom het kindje. Zij zijn altijd de officiële gesprekspartner. Gesprekken over beleid of voortgang worden nooit zonder hen gevoerd.
- Derden die ondersteunen in de zorg krijgen daarom geen antwoord op vragen zoals: ‘Wat gaat er verder nog gedaan worden bij het kindje?’ of ‘Waarom wordt dit onderzoek
gedaan?’ - Wel kan de huidige situatie van het kindje kort worden benoemd, denk aan: ‘heeft lekker geslapen’, ‘heeft niet gespuugd’, ‘heeft veel/weinig incidenten’.
- Soms kan het voorkomen dat derden toch eerder informatie krijgen over de toestand van het kindje, ondanks dat het behandelteam niet in gesprek is gegaan. Het kan namelijk voorkomen dat derden situaties meemaken waarbij het belangrijk is dat er eerst behandeld wordt, voordat ouders geïnformeerd kunnen worden.
- Wanneer ouders akkoord gaan met 'derden zorg' geven zij ook toestemming dat dit soort situaties kunnen voorkomen.
- De benodigde informatie zullen wij uiteraard
zo snel als mogelijk delen met jullie, als ouders.
Uitleg en instructie aan 'derden'
- Voordat derden gaan ondersteunen stemmen we de afspraken in een gesprek met ouders af en nemen deze daarna met de derden en leggen de afspraken vast in het dossier. Dit
gesprek vindt plaats met de verpleegkundige die voor het kindje zorgt. - De bezoektijden van derden worden vooraf doorgegeven aan de verpleegkundige. Derden melden zich bij elk bezoek aan de verpleegkundige door middel van naam en geboortedatum.Voor verder bezoek blijven de bestaande regels van toepassing.
- De ouders geven uitleg geven aan derden over wat ze wel en niet mogen doen. Ook over hoe de zorg uitgevoerd kan worden.
- Derden kunnen eventueel meekijken bij de uitleg die ouders krijgen.
- Wanneer derden ergens niet zeker van zijn, kunnen ze hulp vragen aan de verpleegkundige.
Verantwoordelijkheid voor veiligheid
Het behandelteam is en blijft verantwoordelijk voor de veiligheid van het kindje. Daarom kan het voorkomen dat een bepaalde activiteit op een bepaald moment niet kan doorgaan. Wij gaan er van uit dat ouders en derden deze beslissing respecteren. Het behandelteam kan naderhand ook uitleggen waarom een bepaalde keuze gemaakt wordt. Het behandelteam blijft graag in gesprek met ouders en derden om samen de beste zorg aan het kindje te geven. Wensen en vragen kunnen altijd gesteld worden aan de verpleegkundige.