Chemotherapie is een behandeling met medicijnen dit cytostatica worden genoemd. Chemotherapie wordt toegepast bij de behandeling van kanker en heeft als doel om de kwaadaardige cellen te doden. Dit kan in tabletvorm of via het infuus toegediend worden. Het middel verspreid zich via het bloed door het hele lichaam. Via uitscheidingsproducten zoals urine, ontlasting (poep) en andere lichaamsvloeistoffen verlaat het middel het lichaam weer. Cytostatica kunnen schadelijk zijn voor gezonde mensen. Het is daarom belangrijk om een aantal beschermende maatregelen te nemen in de thuissituatie.
De risicoperiode
De risicoperiode verschilt per cytostaticum en ligt tussen den 1 en 7 dagen vanaf de laatste toediening. Uw zorgverlener kan u vertellen welke periode u moet aanhouden.
Tijdens de risicoperiode verlaten resten cytostatica het lichaam via de urine, ontlasting (poep), braaksel, bloed, wondvocht en transpiratievocht (zweten). Tijdens de behandeling is extra aandacht voor beschermende maatregelen belangrijk om contact met resten cytostatica tot een minimum te beperken.
Informeer uw naasten en andere zorgverleners
Het is belangrijk dat u uw naasten en de zorgverleners die bij u betrokken zijn, zoals de thuiszorg en fysiotherapie, te melden dat u behandeld wordt met chemotherapie. Zo kunnen zij de voorzorgsmaatregelen om contact met resten cytostatica voorkomen.
Inname tablet, capsule of drank
Als u thuis cytostatica via tabletten, capsules of een drankje moet
innemen, let dan op het volgende:
- Neem bij voorkeur zonder hulp de tabletten, capsules of het drankje in.
- Als iemand u helpt bij de inname van de medicijnen, dan moet deze persoon handschoenen dragen om het contact met de cytostatica te vermijden. Gooi de handschoen na gebruik weg.
- De tabletten en capsules moeten heel ingenomen worden. Maak de tabletten dus niet fijn en maak de capsules niet open. Als de inname niet lukt, neem dan contact op met uw zorgverlener.
- Was uw handen na de inname om besmetting van de omgeving te voorkomen.
Vermeid contact met uitscheidingsproducten
Voor mantelzorgers die ondersteunen in de directe verzorging en mogelijk contact hebben met uitscheidingsproducten wordt het gebruik
van handschoenen aangeraden. Gooi de handschoenen na gebruik weg.
Gebruik van het toilet
Alle uitscheidingsproducten kunnen en mogen via het riool worden afgevoerd. Maak bij voorkeur gebruik van het toilet (in plaats van een po of urinaal). Daarbij gelden de volgende voorschriften:
- Plas zittend (geldt ook voor de heren).
- Spoel het toilet na gebruik 2 keer door met gesloten deksel. Gebruik hierbij niet de waterbesparende knop.
- Verwijder eventuele druppels op de bril, deppend en met droog toiletpapier.
- Was uw handen na toiletgebruik.
Bij gebruik van de po of urinaal
- Na ieder gebruik voorzichtig legen in het toilet.
- Spoel het toilet na gebruik 2 keer door met gesloten deksel. Gebruik hierbij niet de waterbesparende knop.
- Spoelt de po na gebruik eerst om met koud water.
- Maak de po of het urinaal daarna schoon met een neutraal
reinigingsmiddel (allesreiniger of groene zeep). - Maak de postoel 1 keer per dag schoon.
- Als u hulp krijgt bij bijvoorbeeld het afvegen, dan moet de persoon die u helpt handschoenen dragen en na de handeling de handen wassen. Gooi de handschoen na gebruik weg.
Incontinentie
- Bij voorkeur verzorgt u uzelf.
- Zorg dat alle materialen die nodig zijn klaarliggen.
- Verpak het gebruikte incontinentiemateriaal in een aparte zak, voordat u dit bij het afval gooit. Zie ook 'Voorschriften met betrekking tot afvalverwerking.
- Was uw handen met water en zeep na het verschonen.
- Als u hulp krijgt bij de verschoning van incontinentiemateriaal, moet degene die u helpt, handschoenen dragen. Gooi de handschoenen weg na gebruik en was de handen met water en zeep.
Stomazorg
- Bij voorkeur verzorgt u zelf de stoma.
- Verzorg de stoma zoveel mogelijk op een vaste plaats.
- Zorg dat alle materialen die nodig zijn klaarliggen.
- Probeer lekkage vanuit de stoma te voorkomen bij het wisselen
van het stomazakje. - Verpak het gebruikte stomamateriaal in een apart zakje voordat u dit bij het afval gooit.
- Als de stoma in het toilet geleegd wordt, spoel dan het toilet 2 keer door met gesloten deksel. Gebruik hierbij niet de waterbesparende knop.
- Was uw handen met water en zeep na verzorging van de stoma.
- Als u hulp krijgt bij de verschoning van incontinentiemateriaal, moet degene die u helpt, handschoenen dragen. Gooi de handschoenen weg na gebruik en was de handen met water en zeep.
Katheter/opvangzak
- Bij voorkeur verzorgt u zelf de katheter.
- Wissel de (urine)opvangzak wanneer deze bijna vol is in zijn geheel in plaats van leeg te laten lopen.
- Wissel de (urine)opvangzak zoveel mogelijk op een vaste plaats.
- Zorg dat alle materialen die nodig zijn, klaarliggen.
- Probeer lekkage vanuit de katheter te voorkomen bij het wisselen van de opvangzak
- De (urine)opvangzak kunt u in verband met mogelijke lekkage in een dubbele plastic zak doen en daarna met het huisvuil weggooien.
- Was uw handen met water en zeep na het wisselen van de
(urine)opvangzak. - Als u hulp krijgt bij de verschoning van incontinentiemateriaal, moet degene die u helpt, handschoenen dragen. Gooi de handschoenen weg na gebruik en was de handen met water en zeep.
Uw was
Voor wasgoed dat sterk bevuild is met urine, ontlasting, braaksel of ernstige transpiratie adviseren wij de volgende stappen:
- Was dit wasgoed apart.
- Verzamel het wasgoed in een aparte, goed afsluitbare plastic zak. Laat de was niet te lang liggen voordat u deze wast.
- Plaats het wasgoed vanuit de aparte verzamelzak direct in de wasmachine. Raak het wasgoed hierbij zo min mogelijk aan.
- Was uw handen na plaatsing van het wasgoed in de wasmachine.
- Gebruik eerst een voorwasprogramma en daarna het gebruikelijke wasprogramma met uw gebruikelijke wasmiddel.
- Als iemand anders het wasgoed wast, moet die persoon handschoenen dragen bij het plaatsen in de wasmachine. Gooi de handschoenen na gebruik weg.
Braaksel
De maatregelen bij het omgaan met braaksel zijn hetzelfde als bij ontlasting en urine.
- U kunt een handdoek of wegwerponderlegger op uw kussen leggen, als u misselijk bent of denkt te zullen braken.
- Maak bij braken gebruik van het toilet. Als dit niet mogelijk is, gebruik dan zoveel mogelijk wegwerpmateriaal. Denk hierbij aan
een plastic zak of draagtas in een emmer. Knoop de plastic zak of de draagtas voorzichtig dicht en gooi deze direct na gebruik weg in een aparte vuilniszak, om lekken te voorkomen. - Verwijder eventuele druppels op de bril; deppend en met droog
toiletpapier. - Braaksel mag u weggooien in het toilet. Spoel het toilet daarna 2 keer door met gesloten deksel. Gebruik hierbij niet de waterbesparende knop.
- Was de handen na het braken en/of opruimen van het braaksel.
Reinigen
- Het gebruik van een neutraal reinigingsmiddel (bijvoorbeeld allesreiniger of groene zeep) is voldoende.
- Gebruik wegwerphandschoenen bij het reinigen van materiaal waar uitscheidingsproducten mee in aanraking zijn geweest. Denk hierbij aan het toilet, de douche en dergelijke.
- De gebruikte schoonmaakdoeken mogen niet uitgespoeld worden in het sopwater. U dient steeds een nieuw doekje te gebruiken.
- Verzamel de gebruikte schoonmaakdoeken in een aparte verzamelzak voor de was.
- Maak het toilet en douche minimaal 1 keer per week schoon of wanneer deze erg vies is.
- Als de vloer of de vloerbedekking bevuild is met braaksel, urine of andere lichaamsvloeistoffen, kunt u deze eerst droogdeppen met
keukenpapier en daarna schoonmaken met een gewone zeepoplossing. Probeer van buiten naar binnen te werken, van schoon naar vuil. - Maak een medicijncupje dat hergebruikt wordt, voorzichtig onder
stromend water schoon. - Als u hulp heeft in de huishouding heeft, is het belangrijk dat u deze hulp informeert over deze adviezen.
- Voor gebruik van bestek, serviesgoed en andere gebruiksartikelen hoeft u geen speciale maatregelen te nemen.
Reinigen bij BCG-blaasspoelingen
Als u wordt behandeld met blaasspoelingen met BCG, moet u het toilet
dagelijks schoonmaken met een chlooroplossing. De schoonmaakdoek
moet u apart wassen.
Afvalverwerking
- Alle wegwerpmaterialen die mogelijk in aanraking zijn
geweest met cytostatica moeten weggegooid worden in een aparte afvalzak. Bijvoorbeeld incontinentiemateriaal, bakjes met braaksel, gebruikt stomamateriaal of pillenstrips. Om het risico op lekken te voorkomen, kunt u dit materiaal in een plastic tasje of boterhamzakje doen. - Maak het zakje goed dicht en gooi deze bij het huisvuil weg.
- Medicijnen die u niet gebruikt, kunt u inleveren bij uw apotheek.
Wat te doen bij aanraking met cytostatica
Een toevallig contact met resten cytostatica is tot nu toe niet bewezen als schadelijk. Dus u hoeft zich geen zorgen te maken. Probeer mogelijk contact met resten cytostatica zoveel mogelijk te voorkomen.
Als u toch in aanraking komt:
- Blijf vooral rustig.
- Reinig de plaats, bijvoorbeeld uw handen, armen of iets dergelijks schoon te maken met water en zeep.
- Neem bij twijfel contact op met uw zorgverlener.
Lichamelijk contact/seksualiteit
Voor zover bekend, leidt knuffelen en lichamelijk contact niet tot schadelijke effecten. U kunt dus gewoon knuffelen, zoenen, intimiteit en lichamelijk contact hebben.
Het is niet bekend of, en in welke mate cytostatica opgenomen worden in het sperma of het slijmvlies van de vagina. Het advies is om gedurende de periode dat u met chemotherapie behandeld wordt, gebruik te maken van een condoom bij seksueel contact.
Voorkomen van zwangerschap
Cytostatica kunnen aangeboren afwijkingen veroorzaken bij het ongeboren kind. Gebruik daarom anticonceptie om een zwangerschap te voorkomen. Dit geldt voor zowel vrouwelijke als mannelijke patiënten tijdens én na de behandeling met chemotherapie.
Bespreek met uw zorgverlener de anticonceptiemaatregelen en hoe lang deze toegepast moeten worden. Over het algemeen is het advies om na de behandeling met cytostatica, minstens een periode van een half jaar aan te houden.
Als er tijdens de behandeling denkt dat er sprake is van een zwangerschap, breng dan direct uw arts op de hoogte.
Contact met een zwangere
Als uw naaste/mantelzorger zwanger is, heeft dit geen consequenties
voor de omgang. U mag gewoon contact hebben met de zwangere. Deze mag u ondersteunen waar nodig. De algemene adviezen om contact met resten cytostatica te voorkomen gelden uiteraard.